Sicilia

Sicilië is sinds de jaren negentig internationaal een spraakmakend eiland, als we praten over de ontwikkelingen in de wijnbouw. Cultureel, klimatologisch, landschappelijk maar nu dus ook op wijngebied is dit fraaie eiland een ware uitdaging. Europese subsidies brachten welvaart op dit eiland, waar armoede eerder regel dan uitzondering was. De Grieken plantten reeds wijnstokken ver voor het begin van de jaartelling. Ooit waren de wijnen er log en misten frisheid. Maar gelukkig zijn de tijden veranderd. Een nieuwe generatie is zich bewust geworden van de mogelijkheden van Sicilië, waar door de middellandse zeewind en de hoogte van de bijna 135.000 ha wijngaarden de warmte wordt getemperd. Door investeringen van geld en kennis worden nu van lokale druivenrassen als o.a. de nero d’avola en de frappato voor rood en de grillo, grecanico, catarratto en de inzolia voor wit aansprekende wijnen gemaakt. Op Sicilië zijn de witte druiven met 75% veruit in de meerderheid. Bijna 15.000 ha (ruim 10% van de totale aanplant op Sicilië) is beplant met nero d‘avola, die als absoluut beste ras van het eiland wordt beschouwd. In opkomst zijn de internationale rassen als chardonnay, merlot, cabernet sauvignon en syrah en de lokale carricante, nerello mascalese en nerello cappucio. Sicilië heeft binnen Italië het grootste wijnbouwareaal en vindt in volume alleen Veneto voor zich.